De jaarlijkse cyclus om te komen tot vaststellen van de vangstmogelijkheden voor 2024 komen nu echt op gang. Na de Brexit is dit proces een stuk moeilijker geworden wat er toe leidt dat veel meer overleggen en onderhandelingsrondes gepland moeten worden. Voor volgend jaar is voor VisNed Noordzee-tong topprioriteit om de geadviseerde korting ongedaan te krijgen.
De wetenschappelijke adviezen uitgekomen eind juni laten een gemixt beeld zien met in het oog springend de voor het derde jaar op rij enorm grote korting in het advies bij Noordzee-tong.
Nu nemen de verschillende partijen hun startposities in. De minister van LNV stuurt daarvoor meestal een brief naar de Tweede kamer.
De minister schrijft deze week o.a.: “Zoals eerder aan uw Kamer gecommuniceerd zal ik mij, net als in voorgaande jaren, in de onderhandelingen ervoor inzetten dat de vangstmogelijkheden vastgesteld worden op het niveau dat overeenkomt met de doelstellingen van het Gemeenschappelijk Visserij Beleid (GVB). Hiertoe valt onder meer dat wordt beoogd dat bestanden op het niveau van maximale duurzame opbrengst (Maximum Sustainable Yield, MSY) kunnen worden bevist.
De wetenschappelijke adviezen zijn het uitgangspunt voor de Nederlandse inzet. Kijkend naar de reeds verschenen adviezen voor de voor Nederland meest relevante visbestanden springen een aantal adviezen in het oog, te weten tong (-61,%), tongschar (-30%), tarbot (-15,6%) en zeebaars (-4,3%). De genoemde percentages zijn veranderingen ten opzichte van het advies dat vorig jaar door ICES is opgesteld.
Voor tong is de verlaging in geadviseerde vangstmogelijkheden aanzienlijk. Daarnaast geldt dat voor het derde jaar op rij negatieve vangstadviezen zijn afgegeven. Reden voor het lage vangstadvies is onder meer de neerwaartse bijstelling van de paaibiomassa van het bestand (het deel van de vissen in het bestand die geslachtsrijp zijn en zich kunnen voortplanten).
Deze negatieve trend baart mij zorgen en ik hecht eraan dat meer inzicht wordt verkregen in de conditie van het tongbestand. Hoewel het quotum voorgaande jaren niet volledig is benut, kan een verlaging in lijn met het advies mogelijk voor een beperking van de vangstmogelijkheden zorgen voor de Nederlandse visserijsector.”
In het ambtelijk overleg eerder deze week hebben wij vanuit VisNed gevraagd om ons te focussen op het niet door laten gaan van de 61% korting van Noordzee-tong.Wij hebben met cijfers aangetoond wat voor dramatische gevolgen deze korting betekent na ook grote kortingen in voorgaande jaren (2022: -28%, 2023 – 40%).
Indien het ICES-advies van 2024 wordt overgenomen betekent het dat van een tongcontingent, dat twee jaar geleden nog 100.000 kg omvatte, volgend jaar amper 16.000 kg overblijft. Voordat je dan weer eens in de buurt komt van een contingent van 50.000 kg, dan ben je vele jaren tientallen procenten verhogingen verder.
Ook zijn actuele cijfers van benutting van groepscontingenten gedeeld. Er zijn PO’s die, ondanks de gedecimeerde vloot en de zuinige vangsten, bij de aanname van de doorgevoerde korting, nu al een benutting zouden hebben van 90%.
Zouden we bij deze korting en dezelfde aanvoer als vorig jaar, dan zouden we nu, begin september, al een overschrijding hebben van meer dan 500 ton! Kortom; uit al deze informatie blijkt dat een dergelijke korting meer dan onrealistisch is!
Ook zijn er biologische argumenten waarom een dergelijke korting onnodig is. Uit het ICES-advies blijkt dat als besloten wordt tot een roll-over, dus geen korting ten opzichte van dit jaar, dat dan het paaibestand van tong stijgt met 12%.
Ook de visserijsterfte blijft bij een minder grote korting ruim binnen de grenzen van MSY (duurzaam beheer). Daarnaast is besloten om begin 2024 een nieuwe benchmark voor Noordzee-tong uit te voeren en gezien het kleine aantal kotters dat op de Noordzee nog op tong vist, hoeft een kleinere aanpassing van de TAC, helemaal geen schade teweeg te brengen.
Eind dit jaar vindt er nog een speciaal overleg plaats tussen biologen van WMR en schippers om de ontwikkelingen bij de visbestanden in de Noordzee, in het bijzonder Noordzee-tong te bespreken.
Opsplitsing TAC’s
Tot nu toe hebben we voor tarbot/griet en tongschar/witje zgn. gecombineerde TAC’s. Recent hebben de Europese Commissie (EC) en het Verenigd Koninkrijk (VK) een akkoord bereikt om de twee gecombineerde TAC’s op te splitsen naar vier afzonderlijke TAC’s met elke vissoort een autonome hoeveelheid.
De EC en het VK hebben inmiddels afspraken gemaakt over de verdeling van de afzonderlijke TAC’s en voor welke gebieden deze gaan gelden. Daarbij is ook afgesproken dat quota’s gedeeltelijk overgeheveld mogen worden van het ene naar het andere gebied, om zodoende flexibiliteit in het beheer mogelijk te maken.
Binnen de EU moet tussen de EC en de lidstaten nog wel een besluit genomen worden welke jaren als referentie gaan dienen om te komen tot een verdeling over de lidstaten op basis van historische vangstprestaties. Het is de bedoeling dat dit proces voor het einde van dit jaar afgerond wordt zodat met ingang van 2024 met gesplitste TAC’s gewerkt gaat worden.
Roggen
Het overleg tussen EU en VK over het beheer van roggen zal volgend jaar verder gaan. Hierbij wordt gekeken om de roggensoorten, waarvan het bestand spectaculair toeneemt, zoals de stekelrog, uit de gecombineerde TAC van roggen te halen en daarvoor een aparte hogere TAC vast te stellen.