Inbreng Nationaal Water Programma

Er wordt momenteel gewerkt aan een Nationaal Water Programma (NWP) voor de periode 2022-2027. Hierin staan in grote lijnen de kaders beschreven voor gebruik en beheer van de binnenwateren, Noordzee en Waddenzee. Visserij is een van de oudste vormen van gebruik van onze wateren en dit moet ook in de toekomst geborgd worden.

Voorheen waren er aparte plannen voor beleid en beheer van de Rijkswateren, deze komen nu samen in één Nationaal Water Programma (NWP), wat zich uitstrekt over de periode van vijf jaar. Voor visserij geldt dat het Gemeenschappelijk Visserijbeleid leidend is, evenals de (Nederlandse) Visserijwet.

Vanuit VisNed zijn we scherp op overlap en tegenstrijdigheid in beleid, wat steeds complexer wordt omdat niet alleen visserijbeleid, maar er ook vanuit milieuwetgeving en natuurbeleid getracht wordt invloed uit te oefenen op de visserij.

Noordzee

Het Noordzeebeleid zal voor de periode 2022-2027 uitgaan van de afspraken in het Noordzeeakkoord, wat door de visserij niet is getekend. Het toegenomen ruimtegebruik op zee is de grootste factor in beleidsontwikkeling, waarbij veiligheid voorop moet staan en voedselvoorziening onderdeel moet zijn van de belangenafweging.

We zien helaas nog te vaak dat veel getoetst wordt aan afstemming met de scheepvaartsector, terwijl visserij op een significant andere wijze gebruik maakt van de (nog) beschikbare ruimte. 

Waddenzee

Voor de Waddenzee geldt dat er gekeken wordt naar de Waddenzee Gebiedsagenda 2050 en er uit wordt gegaan van bestaande ambities, gebruikers en afspraken.

Een van de punten waar we vanuit VisNed de nadruk op leggen is bereikbaarheid van de Waddenhavens. Naast de Waddenzee, zijn visserijbeperkingen op het IJsselmeer en vismigratie componenten binnen het NWP. Deze houden echter verband met de binnenvisserij.

Milieu

In onze reactie op de conceptversie van het NWP vragen wij ook aandacht voor de inzet van de visserij op het project Fishing for Litter. Vorig jaar hebben vissers  580.000 kilogram afval uit zee gevist, en de verwachting is dat dit jaar de hoeveelheid weer boven de 500.000 kilogram uit komt.

Erkenning en waardering voor deze inzet in het kader van milieuverbetering is van belang, niet alleen voor de deelnemers, maar ook voor de continuïteit van het project.