Wind op Zee overleg: Gezonde sector voorop, ongeacht bedrijfsgrootte

Als alle voornemens van ruimtegebruik op de Noordzee gerealiseerd moeten worden, zijn er twee Noordzeeën nodig. Die zijn er niet, dus moet er geschoven worden om te komen tot een Noordzeeakkoord. Dat onderhandelen gaat nu beginnen. De tien visiepartners die samen het visiedocument “Visserij in een Noordzee vol Windmolens” schreven, voerden afgelopen week overleg om de inbreng namens hun leden in deze volgende fase te bespreken. De diversiteit in de groep is groot en uniek, zowel de pelagische sector als de kustvisserij met vaste vistuigen zit aan tafel. De insteek van alle partners is dat juist het samen optreden maakt dat ze elkaars niches erkennen en waarderen en dat zorgt voor een brede dekking met groot draagvlak.

Onder voorzitterschap van Jacques Wallage wordt in het OFL traject gewerkt aan elementen van het toekomstige Noordzeeakkoord. Om alle deelnemers qua kennis en achtergrond op hetzelfde spoor te krijgen zijn er ‘verdiepingssessies’, waar kennis wordt gedeeld. Ook een verdiepingssessie visserij staat op de planning. Als voorbereiding op die sessie werken de visiepartners de komende weken aan een eigen verdieping, waarin de vele aspecten rondom Visserij en beschikbare Ruimte op Zee verdiepend uitgewerkt, zodat er een goed overleg over gevoerd kan worden. 

Zee versus Zee

Visserij is een voor buitenstaanders lastig te doorgronden vakgebied, de zee lijkt immers gewoon de zee en daar kan je vissen. Maar voor onze vissers is niet de zee zelf de bepalende factor, maar de omstandigheden onder water. Er zijn gebieden met minder vis en gebieden met veel vis. Vissen doe je op goede visgronden. En die vallen vaak samen met natuur (voedsel) en zijn vaak interessant (ondiep) om windparken te plaatsen. Ook zijn er op zee al veel gebieden waar je niet mag, of kan komen. 

Samenwerking

De samenwerking tussen de VisNed PO's, de Redersvereniging voor de Zeevisserij, de garnalensector (Garnalenvissersbond, Hulp in Nood en Ons Belang) en NetVISwerk geeft een dekking van 85% van de aanvoerwaarde van de Nederlandse visserij, waarbij de diversiteit van de vertegenwoordigde bedrijven aanleiding is voor diepgaande en goede gesprekken tussen de partners. De setting van het overleg is uniek en het overleg is gemoedelijk waarbij iedereen één doel voor ogen heeft: een vloot die naar aard en omvang past bij de nieuw ontstane situatie op de Noordzee met een goed verdienmodel voor ondernemers, onze leden.