Wij zijn VisNed
De vereniging van kottervissers
Wij behartigen de belangen van de Nederlandse kottervisserij
Wij behartigen de belangen van de Nederlandse kottervisserij
![]() VisNed behartigt de belangen van de Nederlandse kottervisserij |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Kabeljauw maakt EU-Noorwegen onderhandelingen ingewikkeldHet is niet verrassend dat de vaststelling van de TAC 2020 voor kabeljauw gedurende de eerste ronde van de EU – Noorwegen onderhandelingen deze week in Londen de meeste aandacht opeiste. De delegaties zijn naarstig op zoek naar oplossingen en vooral ruimte om af te kunnen wijken van de beheerafspraken en het ICES-advies. Hopelijk wordt die gevonden tijdens de tweede ronde begin december in Bergen.
Zoals inmiddels bekend is heeft ICES bij Noordzeekabeljauw de toestandsbeoordeling fors naar beneden bijgesteld omdat deze te optimistisch zou zijn geweest. Dit resulteerde weer in een hogere visserij-inspanning en om het te lage bestand in combinatie met de hoge visserijsterfte te repareren moet volgens het ICES-advies de TAC voor 2020 met 61% verlaagd worden. Naast het gegeven dat dit een enorme klap wordt voor de vissers die op kabeljauw vissen, zal deze soort voor veel vloten een chokespecies worden. Dit houdt in dat er te weinig kabeljauwquotum is, waardoor andere visserijen voortijdig beeindigd dreigen te worden door bijvangst van kabeljauw. In het Gemeenschappelijk Visserijbeleid is vastgelegd dat de EU alle bestanden uiterlijk in 2020 op MSY-niveau gaat beheren, wat zou betekenen dat het kabeljauwbestand een jaar krijgt om te herstellen. Natuurorganisaties gebruiken dit als credo, maar hoeven zelf geen invulling te geven aan 'hoe dan', ze worden niet gehinderd door enige praktijkkennis. Gelukkig is er bij de beleidsbepalers van EU, lidstaten en Noorwegen wel realiteitszin waar te nemen. Door beleidsmakers wordt aangegeven dat een langere periode voor herstel mogelijk is, mits er effectieve maatregelen genomen worden die zorgen voor minder bevissing en bevordering van herstel. Maatregelen Een groot deel van deze eerste onderhandelingsweek werd besteed aan maatregelen voor bescherming van het paaibestand en ondermaatse kabeljauw. Verschillende documenten gingen rond, waaronder een paper opgesteld door de internationale visserijsector zelf. In het Industriedocument is een belangrijk element de seizoenssluitingen in het begin van het jaar om de paaiende kabeljauw met rust te laten. Ook andere maatregelen worden opgebracht zoals Real Time Closures (RTC’s) voor ondermaatse en maatse kabeljauw, voorzorgsgebieden en eventueel technische maatregelen. Voor VisNed is van belang dat onze vissers niet onnodig geraakt worden door deze maatregelen en dat 'real time' ook daadwerkelijk 'real time' is en niet gebaseerd wordt op oude data zoals in het vorige Engelse systeem van RTC’s het geval was. Seizoenssluitingen kan VisNed wel in meegaan omdat ze in de 1e drie maanden van het jaar geconcentreerd worden in noordelijke gebieden, maar voor de andere maatregelen willen wij dat de vloten met een lage bijvangst aan kabeljauw, zoals de boomkorvloot, vrijgesteld worden. Vooral de pogingen van de Engelse overheid om anderen in de maatregelen te betrekken, volgen we in samenwerking met Franse en Belgische collega’s nauwgezet. Volgens wetenschappelijke onderzoeksresultaten bevestigd door waarnemingen van de vissers is sinds 1999 is de kabeljauw in totaal 240 kilometer noordelijker getrokken. Er is alleen nog maar een noordelijke component, het wordt dan ook tijd dat door de wetenschap en het beleid in het vaststellen van referentiepunten en de berekeningen hier veel meer rekening mee gehouden wordt. Zoals het er nu naar uitziet, zouden de seizoenssluitingen ter bescherming van paaiende kabeljauw wel in deze EU-Noorwegen-overeenkomst terecht kunnen komen. Voor alle andere maatregelen is meer tijd nodig, het overleg hierover loopt door in 2020. Dat geeft partijen ook de tijd om zorgvuldig te opereren en een goede datacollectie aan te leggen, zodat gehandeld wordt op basis van feiten. Andere visbestanden De overige gedeelde bestanden zoals schol, schelvis, wijting, koolvis en haring kwamen in de onderhandelingen natuurlijk ook langs maar hier zit veel minder spanning op. Ook werden de eerste cijfers gedeeld van de traditionele ruil tussen Noorwegen en de EU. De Noren hebben meer Arctische kabeljauw beschikbaar dan de EU kan afnemen en het belangrijkste ruilmiddel vanuit de EU zal wel Blauwe wijting zijn. Vandaag werd de eerste ronde opgebroken, nog zonder zicht op concrete afspraken, de tweede ronde gaat begin december verder in het Noorse Bergen. Tijdens de tweede ronde zal ook met mixed-fisheries advies bekend zijn dat volgende week uit komt. Daarbij wordt gekeken naar interacties tussen de visserijen op verschillende soorten. Meer concreet: welke aanpassing moeten eventueel doorgevoerd worden in de TAC’s van schelvis, koolvis, wijting en schol om het kabeljauwbestand te ontzien. Uiteraard zullen we er alert op zijn dat de schol-TAC hierdoor niet gekort wordt. Meer werkbare toepassing van MSY: minder extremen en gezonde visbestandenDe EU – Noorwegen onderhandelingen deze week in Londen geven ook de mogelijkheid om diverse andere zaken te behandelen. Zo kwam op woensdag de Demersale Werkgroep van de Noordzee Adviesraad bijeen, waarin gesproken werd over kabeljauwherstel, een meer werkbare kijk op de toepassing van Maximum Sustainable Yield (MSY) en evaluatie van de Scholbox.
Er werd uiteraard vooral gesproken over de recente aanpassingen van de ICES-adviezen en hoe hierover geadviseerd kan worden waar het gaat over het beheer en de TAC-vaststelling. Ook hier, was veel aandacht voor kabeljauw, waarbij in een aansluitende bijeenkomst van visserijvertegenwoordigers van 8 landen rond de Noordzee de tekst van het voorstel vanuit de Europese industrie definitief werd vastgesteld. Kabeljauw In de vorige nieuwsbrief hebben we al de achterliggende doelstelling van het voorstel aangegeven; in ruil voor extra beschermende maatregelen een lagere korting dan de door ICES op MSY-basis berekende 61%. Vanuit VisNed hebben we nog eens duidelijk gemaakt dat maatregelen genomen moeten worden in gebieden waar de kabeljauw zich bevindt en door de vloten die op kabeljauw vissen. België, Frankrijk, en Duitsland denken hier hetzelfde over. Met name vanuit het Verenigd Koninkrijk worden pogingen ondernomen om de Zuidelijke en Centrale Noordzee te betrekken in maatregelen ter bescherming van kabeljauw wat zinloos is, immers er zit hier geen kabeljauw meer en is voor ons dan ook onacceptabel. Voor meer informatie zie het artikel over de EU – Noorwegen onderhandelingen. Schol Met betrekking tot de TAC 2020 voor schol, kwam onze Deense zusterorganisatie met een verrassing. De Denen deden het voorstel om te pleiten voor een TAC-verlaging van 15%, met als reden dat de Deense visserij totaal geen vertrouwen heeft in de juistheid van het ICES-advies en om zodoende hierover een duidelijk signaal af te geven richting wetenschap en beleid. Vanuit VisNed hebben we aangegeven hier niet in mee te kunnen gaan. Waarom zouden we ons, ondanks dat we nu een onderbenutting hebben, hiermee in de problemen helpen? Wij zullen niet meer gaan vissen, dus een verhoging schaadt het bestand niet. Als de visserij niet verbetert, houden we volgend jaar gewoon meer quotum over, dat lijkt ons voor niemand een bezwaar. MSY-benadering In de bijeenkomst werd verder gesproken over een document waarin een andere, meer geleidelijke, benadering van de MSY-aanpak wordt omschreven. Nu staat in het Gemeenschappelijke Visserijbeleid dat MSY binnen één jaar gerealiseerd moet worden, wat leidt tot grote fluctuaties in adviezen en TAC-vaststelling. In de managementplannen worden echter ook bandbreedtes aangegeven, waarbinnen het MSY-beheer kan plaats vinden. Als hier meer gebruik van gemaakt wordt zou dat kunnen leiden tot minder grote extremen in de vaststelling van de TAC's. Wanneer deze bandbreedtes gebruikt zouden worden dan had bijvoorbeeld de korting van 20% van dit jaar voor tong achterwege kunnen blijven en zou voor volgend jaar volgens MSY niet plus 40% nodig zijn. Wat dan had gekund: dit jaar een roll-over voor tong (gelijkblijvende TAC) en volgend jaar 20% erbij. Beide opties blijven ruim binnen de gestelde bandbreedtes, maar helpen de markt wel om hierop beter in te spelen. Overige zaken Dankzij de vele gerealiseerde uitzonderingen, heeft de aanlandplicht dit jaar niet voor onoverkomelijke problemen gezorgd. Bij een enorme korting van kabeljauw kan die situatie volgend jaar heel anders zijn. Goede samenwerking met de lidstaten verenigd in de Scheveningengroep blijft dan ook van groot belang. Andere zaken die aan de orde kwamen was het opnieuw bijeen roepen van de Focus groep Brown Shrimp (garnalen), onder leiding van Pim Visser, die het NSAC-advies uit 2015 over het beheer van garnalen gaat updaten. Tenslotte kon eindelijk de brief goedgekeurd worden waarin de NSAC aan de Europese Commissie vraagt of het effect en de resultaten van de Scholbox wetenschappelijk te laten onderzoeken en evalueren. Vanuit de visserij wordt al een groot aantal jaren vraagtekens gezet bij het nut van deze uit 1989 daterende maatregel, ooit ingesteld om ondermaatse schol te ontzien. Positief gesprek met Franse en Belgische collega’s over visserij in Het KanaalAan het begin van het Kanaalseizoen 2019-2020 voor de fly shooters is de situatie duidelijk anders dan voorgaande jaren De Franse vissers hebben nieuwe schepen in de vaart gebracht en ook is er sprake van een nieuwbouwgolfje onder Britse vlag. En dat terwijl Brexit haar schaduwen vooruit werpt. Een goed moment om met onze Franse en Belgische collega’s de klokken gelijk te zetten. Dat gebeurde vorige week tijdens een bespreking in Brussel. De afspraak is gemaakt in januari opnieuw bij elkaar te komen om dan te bezien of concrete invulling van een aantal maatregelen mogelijk is die dan door de lidstaten vastgelegd worden in een Joint Recommendation (gezamenlijke aanbeveling).
Voor dit overleg, wat een vervolg was op eerdere bijeenkomsten in Parijs en Rotterdam, waren we te gast in het gebouw van de Franse Permanente Vertegenwoordiging en waren naast vertegenwoordigers uit de visserij ook ambtelijke vertegenwoordigers uit de drie landen aanwezig. Geconstateerd werd dat het met de fly shoot-visserij steeds drukker wordt in Het Kanaal. In Frankrijk is het aantal fly-shooters flink toegenomen (aantal wordt gemaximeerd op 28) maar ook in Engeland komen er een aantal bij en in Nederland worden (binnen de ring van 24) meer vergunningen gebruikt. Vanuit Frankrijk is ook vastgesteld dat fly-shooters steeds westelijker opereren en ook binnen de 12-mijlszone. Ten aanzien van dit laatste werd opgemerkt dat er veel kleine kustvissertjes actief zijn die de concurrentie met de fly-shooters niet aan kunnen. Daarnaast werd opgemerkt dat in Het Kanaal de ruimte voor fly-shooters beperkt, is en dat met name het beheer van de bestanden zonder quotaregelingen (rode mul, inktvis, poon etc.) waarop gevist wordt vooral duurzaam zou moeten. Van Franse zijde werden een aantal voorstellen naar voren gebracht om dit te realiseren:
Deze afspraken zouden alleen in Europees verband vastgelegd moeten worden, vandaar zullen ook de Engelse (vlag)kotters hierin betrokken moeten worden. Met het oog op een aanstaande Brexit en de zeer waarschijnlijk daaraan gekoppelde transitieperiode is het van belang dit snel te regelen. Vanuit VisNed werd in principe positief gekeken naar de voorstellen, onder de voorwaarde dat alle landen mee doen. Ook werd daaraan gekoppeld dat we elkaar meer zouden moeten helpen op het gebied van uitruil van vangstrechten en effort. Verder zal aan IFREMER/WMR gevraagd worden om het rapport over de fly-shoot visserij in Het Kanaal te updaten en zullen tussen de deelnemende landen de lijsten met fly-shoot vaartuigen uitgewisseld worden. Bij de Brexit hebben we nu even een pauze in afwachting van de ontwikkelingen rond de verkiezingen in het Verenigd Koninkrijk maar de deelnemers aan dit overleg zijn er van overtuigd dat samenwerking in dit kader meer dan nodig is zodat ook na de Brexit de vangstrechten en toegang tot elkaars wateren gecontinueerd blijft. Haven Boulogne-sur-Mer Vanuit VisNed werd ook de gang van zaken in de haven van Boulogne opgebracht, omdat daar recent problemen naar voren gekomen zijn in verband met het slechts beschikbaar stellen van 70 meter loskade voor fly-shooters die hun vangst in een vrachtauto willen lossen. Dit is onvoldoende en leidt tot veel vertragingen waardoor kotters te laat komen om de vangst te verkopen. Inmiddels is hierover een afspraak gemaakt met de havenautoriteiten van Boulogne, dit gesprek vindt op korte termijn plaats. FAO Symposium over Duurzame VisserijAfgelopen week vond in Rome bij de Voedselorganisatie van de Verenigde Naties (de FAO) een symposium plaats over duurzaamheid in Visserij. In 2020 worden belangrijke beslissingen genomen die ook het EU visserijbeleid vorm gaan geven.
De VN hebben 17 wereldwijde doelstellingen vastgesteld op het gebied van duurzaamheid. De Sustainable Development Goals (SDG's). Ook voor de visserij zijn een aantal van deze duurzaamheidsdoelstellingen op termijn bepalend voor beleidskeuzes. Tijdens het FAO symposium stonden de SDG's over 'Het uitbannen van Honger', 'Het bestrijden van Armoede' en 'Duurzaam beheer van het onderwaterleven' centraal. Er waren meer dan 500 afgevaardigden uit de hele wereld naar Rome gekomen. De context Het symposium had op maandag een opstart met daarin de terechte aandacht voor de rol van vrouwen in de visserij. Vrouwen hebben in ontwikkelingslanden een hele belangrijke rol, maar ook in onze visserij is de rol van de vrouw binnen het familiebedrijf niet te onderschatten. Het hoofd van de FAO visserijafdeling Manuel Barrange zette de toon voor de komende dagen, met een presentatie over de veranderingen in de visproductie (vangst en kweek) van de afgelopen 50 jaar. Met een verwijzing naar de enorme uitdaging waar we voor staan: een wereldbevolking van 9,5 miljard mensen in 2050, met inachtneming van klimaatverandering, biodiversiteitsverlies en toename van consumptie. Het jaar 2020 is een belangrijk toekomstbepalend jaar, met daarin de Oceanenconferentie, de Biodiversiteitsconferentie en de conferentie over beschermde soorten. Allemaal een opmaat voor de aanpassing van het Europese Visserijbeleid in 2022. Sociale rechtvaardigheid Tijdens het symposium organiseerden FAO, het Vaticaan en ILO (de VN Arbeidsorganisatie) een bijeenkomst over sociale rechtvaardigheid in de voedselketen. Het ging daarbij over eerlijke werkomstandigheden en rechten van vissers op eerlijke betaling, sociale zekerheid, en verzekering tegen ongevallen. Jaarlijks komen wereldwijd 32.000 vissers om het leven, visserij is een gevaarlijke bedrijfstak. De bijdrage uit Europêche was in dat opzicht hoopvol, want dankzij sociale dialoog in de Europese Unie is er in toenemende mate aandacht voor de vissers zelf. De boodschap van het symposium Er zijn grote verschillen in de wereld. In Europa, maar ook in Amerika en Australië zijn we volledig gefocust op de duurzaamheid van het ecosysteem. In de rest van de wereld gaat het nadrukkelijker om voedsel, veiligheid en economische stabiliteit. Het symposium was een wake-up call, ten aanzien van het feit dat we gezegend zijn in onze “Europese bubbel’. De zorgen die we hebben komen voort uit de luxe dat we te eten hebben en we niet te maken hebben met honger, oorlog en armoede - zoals het merendeel van de wereldbevolking. Vanuit deze welgestelde positie zijn we bezorgd over hóe we voedsel produceren en niet óf we te eten hebben. Voedsel is voor ons vanzelfsprekend, en daarmee de status van de producent onzekerder dan wanneer dagelijks gezond voedsel geen gegeven is. In Visserijnieuws van volgende week een uitgebreid verslag. Debatavond Pakhuis de Zwijger: GTST en een cliffhangerIn het Amsterdamse debatcentrum “Pakhuis De Zwijger” worden met enige regelmaat gesprekken over voeding georganiseerd, onder de overkoepelende titel “De Hongerige Stad”. Vorige week ging het over de invloed van opwarmend zeewater op de Noordzeevisserij. Het werd een informatieve bijeenkomst (verslag in Visserijnieuws LINK) waarin standpunten van heel verschillende kanten belicht werden. De Noordzee is, na de Oostzee, de zee waarvan de temperatuur het snelste stijgt. De energietransitie moet klimaatverandering tegengaan, en op de Noordzee zijn daarom grote gebieden aangewezen voor windmolenparken. Gebieden waar straks niet meer gevist kan worden. Klimaatverandering heeft door al die directe en indirecte gevolgen een inorme impact op de zee en de visserij. Uit de sector waren Job Schot (EMK) en Barbara Holierhoek (Vissersverenigingen Hulp in Nood en Ons Belang) uitgenodigd als sprekers. De wetenschap aan het woordKatja Philippart gebruikte de afkorting GTST om haar punten goed te kunnen vasthouden:
Op al die op handen zijnde veranderingen moeten vissers en visserijbeheerders zich voorbereiden. Conclusie: Visserij blijftDe avond eindigde concluderend met de erkenning dat sprake is van enorme veranderingen onder het oppervlak van de Noordzee als gevolg van de opwarming van het zeewater. De aanleg van windmolenparken is een indirect gevolg van klimaatverandering en zal ook enorme invloed hebben op visserij en het ecosysteem. Daarom is veel meer onderzoek vereist naar impact van klimaatverandering en de windparken op het systeem. In Het Urkerland van gisteren schreef Jan de Boer, schipper van de UK 33 in een column zijn ervaringen over deze bijeenkomst. De column is hier te lezen. Toestemming sleepnetvisserij VoordeltaOp 31 december 2019 lopen de afgegeven schriftelijke toestemmingen voor de sleepnetvisserij in de Voordelta af. De heeft RVO de vergunninghouders daarom een brief hierover gestuurd. Het is belangrijk om op tijd actie te ondernemen als u deze brief ontvangen heeft. Hierover kunt u contact opnemen met uw PO of VisNed. Er zijn bij ons meerdere berichten binnengekomen van ondernemers die een brief hebben ontvangen. De inhoud van de ontvangen brieven is toegespitst op de specifieke situatie voor uw bedrijf. VisNed heeft aan de PO's uitgebreide informatie gestuurd over hoe te handelen in de verschillende situaties. U kunt meer informatie opvragen over de toestemming voor de sleepnetvisserij in de Voordelta, neem hiervoor contact op met uw PO of met Nathanael Middelkoop van VisNed; 0527 - 684141 of nmiddelkoop@visned.nl Wetenschappelijke publicatie: Lessen onderzoekssamenwerking visserijOnderzoekers van Wageningen Universiteit & Research en VisNed schreven een gezamenlijke publicatie in het gerenommeerde wetenschappelijke tijdschrift Fish and Fisheries over lessen uit 15 jaar onderzoekssamenwerking in de visserij. De onderzoekers analyseerden 15 onderzoekssamenwerkingsprojecten over een periode van 15 jaar, om lessen te trekken voor toekomstig onderzoek. Er wordt een duidelijke ontwikkeling waargenomen naar een volwassen vorm van samenwerking op basis van gelijkwaardigheid en vertrouwen. Dit sluit aan bij de onderzoeksvisie van VisNed: de sector levert steeds meer eigen onderzoeksgegevens en is daarmee een volwaardige kennispartner voor de overheid en wetenschappelijke instituten. Wouter van Broekhoven, onderzoeker bij VisNed, is co-auteur van de publicatie: “De onderzoekssamenwerking maakt momenteel een serieuze ontwikkeling door. Ik vind het mooi om te zien dat de projecten regelmatig tot tastbare resultaten leiden waar de visserijpraktijk baat bij heeft. Met deze publicatie willen we bijdragen aan nog effectiever onderzoek om het visserijbeheer mee te verbeteren”. In Visserijnieuws van vandaag is een uitgebreider artikel te lezen over de wetenschappelijke publicatie. De publicatie zelf is openbaar toegankelijk gemaakt op: https://onlinelibrary.wiley.com/doi/full/10.1111/faf.12423 Procedure Europese Hof verbod op Pulsvisserij gestartVorige week is door Nederland een volgende stap gezet in de procedure bij het Europese Hof om het verbod op pulsvissen ongedaan te krijgen. Er is een document opgesteld waarin opgesomd wordt waarom lidstaat Nederland het besluit tot een pulsverbod in strijd acht met de principes van goede beleidsbepaling. Verwachting is overigens dat de procedure zeker 1 tot 1,5 jaar in beslag zal nemen. Kort na de uitkomst van de Triloog-onderhandelingen eerder dit jaar heeft minister Schouten aangegeven te zullen onderzoeken of het aanhangig maken van een juridische procedure tegen het besluit bij het Europese Hof kans van slagen zou hebben. Naast een juridische toetsing van de mogelijkheden dient ook een politieke afweging gemaakt worden, het betreft immers een procedure van het Koninkrijk Nederland tegen de Europese Raad van ministers en het Europees Parlement (EP). En een dergelijke procedure loopt officieel via het ministerie van Buitenlandse zaken. Begin oktober liet de minister in een Kamerbrief weten dat Nederland het verzoek tot nietig verklaring van het Pulsbesluit had ingediend. Kern van het verzoek tot nietigverklaring is dat de Raad en het EP volgens Nederland meerdere Unierechtelijke bepalingen hebben geschonden. Het pulsverbod is namelijk niet vastgesteld op basis van het beste beschikbare wetenschappelijke advies. Bovendien wordt met het pulsvisserijverbod innovatie en technologische ontwikkeling niet gestimuleerd en zelfs tegengewerkt. Voor zover de Raad en het EP het pulsvisserijverbod op het voorzorgsbeginsel zou hebben gebaseerd, passen zij dit beginsel onjuist toe, aldus minister Schouten. De brief is hier in zijn geheel te lezen. Vorige week kwam ook het document beschikbaar waarin in meer juridische terminologie het verzoek van Nederland tot vernietiging van het onderdeel uit de nieuwe Verordening Technische Maatregelen waarin het pulsverbod staat opgenomen nader wordt omschreven. Nederland wil hierbij zelfs zover gaan dat als om wat voor reden de Verordening Technische Maatregelen niet in onderdelen buiten werking kan worden gesteld, dat dan de gehele verordening nietig verklaard dient te worden. De tekst van dit document is hier te lezen. Doen zonder weten bij wind op zeeWe staan aan de vooravond van enorme ingrepen op de Noordzee. Het rapport van Deltares wat in april uitgekomen is, waarschuwt voor enorme ecosysteemeffecten. Wellicht verandert de uitrol van wind op zee het hele huidige systeem, van wind tot stromingen en primaire productie op de Noordzee. Slapen we of willen we het niet horen? Onze vissers zijn bezorgd, maar als het gaat om de mogelijke impact van windparken kijkt iedereen naar elkaar. Het klimaatakkoord is een gegeven, evenals de ambitie om de uitstoot van broeikasgassen terug te brengen. Nodig ook, want onze huidige manier van leven en consumeren zorgt voor nadelige effecten op mens en natuur. Dat wind op zee de gekozen weg is, hebben we te accepteren, hoewel we regelmatig aanlopen tegen het feit dat men denkt dat 'die molens op zee niet in de weg staan'.Voor onze vissers staan ze wel in de weg. Voor de veiligheid op zee staan ze ook in de weg. En er zijn grote zorgen over de ecologische impact: Zijn we met onze 'duurzame oplossing' niet enorme milieuproblemen aan het creëren? Wind op zee verandert natuurlijke balansDe molens zullen impact gaan hebben op windsnelheden en -kracht, en daarmee op golven en vermenging in de waterkolom. Ook de palen hebben grote impact op de stromingen in en om windparken en beinvloeden de manier waarop zand en slib verplaatst worden en neerdalen. Het water kan op de ene plek troebeler, en elders helderder worden, wat direct een impact heeft op de groei van plantaardig plankton én daarmee de voedselbeschikbaarheid voor dierlijk plankton. De basis van het voedselweb. Er zijn daarnaast sterke aanwijzingen dat elektromagnetische velden en warmte, afkomstig van de kabels, een aantrekkende of juist afstotende werking hebben op vis. En dan hebben we het nog niet over de aanleg van de parken, waarbij zeezoogdieren en vissen het loodje kunnen leggen door drukgolven en gehoorschade. Zie hier het waarschuwende onderzoeksrapport van Deltares. En we zijn niet alleen in Nederland bezig met grootschalige uitrol van wind op zee, maar ook in omliggende landen. Meten is weten, maar we weten niksHet rapport van Deltares geeft direct aanleiding tot bezorgdheid en vragen, er is behoefte naar antwoorden voordat we beginnen en antwoorden krijg je door middel van onderzoek. Dat onderzoek is er, maar je ziet in de praktijk dat het onderzoek zich beperkt tot het strikt noodzakelijke. Er wordt gekeken naar beschermde soorten, maar niet naar tong, schol en andere platvissen. Soorten die geen beschermde status hebben maar wel van groot belang zijn voor zowel het natuurlijke systeem als voedselvoorziening. We berichtten in de vorige nieuwsbrief over de extreem sterke aanwas van jonge platvis, maar voor hetzelfde geld doen we dat teniet door de uitrol van wind op zee. Er wordt gekeken naar het effect van het geluid van het heien op een aantal soorten, maar niet in combinatie met geluid vanuit de scheepvaart of marine. Er wordt nog niet gekeken naar cumulatieve effecten Noordzeebreed. Als we in de Nederlandse wateren de vissen verjagen terwijl de Britten ook windparken bouwen, dan kunnen dieren geen rust meer vinden en gaan de effecten dubbelop. Dat deze kennis ontbreekt is bekend, maar de bouw van windparken gaat door terwijl alle partijen aangeven dat meer kennis nodig is. Een vreemde situatie, waarvoor niemand verantwoordelijkheid lijkt te nemen. Verantwoordelijkheden op overheidsniveauDe bouw en aanwezigheid van windparken hebben een 'eigen' impact, maar zijn niet de enige activiteiten op zee. Scheepvaart valt onder een ander Ministerie (IenW) dan de energietransitie (EZK) en voor onderzoek naar commerciële visbestanden moeten we bij LNV zijn. Het onderzoeksprogramma WOZEP neemt bijvoorbeeld de opeenstapeling met scheepvaartgeluid niet mee, daarvoor zou je bij IenW moeten zijn. Het is pijnlijk dat we dit als maatschappij laten gebeuren. Ook in het buitenland hebben vissers grote zorgen over zowel de ruimtelijke claims als de gevolgen van de grootschalige windparken, die overal voorrang lijken te krijgen zonder dat duidelijk is wat ze veroorzaken. Ons rest de vraag: Als straks de Noordzee onherstelbaar aangetast is door het klimaatbeleid, wie mogen we dan aanwijzen als verantwoordelijke? Brief ILT: Hellingproef & PK-metingDeze week meldde verschillende leden dat zij een brief van ILT hebben ontvangen waarin hen werd verteld dat hun vaartuig opnieuw een hellingproef en PK-meting moet ondergaan, vanwege de omschakeling van puls naar andere tuigen. Dit volgt rechtstreeks uit het Vissersvaartuigenbesluit. Naar aanleiding van de vragen die gesteld zijn gaan we hierover met ILT in overleg. De schepen die hun pulsontheffing verliezen, moeten omschakelen naar andere tuigen, waarbij eventueel aanpassingen gedaan moeten worden aan boord. Het kan gaan om de volgende onderdelen:
Als gevolg van deze wijzigingen moet ILT een nieuwe set certificaten afgeven. Daarnaast zullen er inspecties moeten worden uitgevoerd wanneer er sprake is van mogelijke risico's. De ILT voert alleen inspecties uit als er sprake is van veiligheids- of milieurisico’s. Hierbij gaat het om de vraag of het schip na omschakeling nog:
VisNed gaat in overleg met ILT om te werken aan een pragmatische invulling hiervan. Jaarvergadering Zuidwest in StellendamOp de najaars-ledenvergadering van de Vissersvereniging Zuidwest in Stellendam ging het primair over regionale zaken. Vanuit VisNed konden we echter actuele thema’s zoals de Kottervisie, het Noordzeeakkoord, de Aanlandplicht, de Quotumonderhandelingen toelichten. De invoering van het C188 verdrag wat (papier)werk met zich mee brengt werd ook nadrukkelijk over het voetlicht gebracht. Op de jaarvergadering sprak ook Caroline van der Plas. Zij is communicatiedeskundige met een groot hart voor de agrarische sector en politieke ambities. Vanuit haar contacten met EMK was ze gevraagd deze zaterdag bij Zuidwest een inleiding te houden. Zij nam het gezelschap mee in een boeiend betoog over de achtergrondsituatie van de criticasters van boeren en vissers. Tips voor gebruik van sociale mediaAan de hand van een aantal voorbeelden liet Van der Plas zien wat wel en wat niet verstandig is op Facebook en Twitter. De ‘feel good’ factor is belangrijk. Het gebruik van mooie plaatjes van het werk op zee en van de prachtige producten die gevangen worden is heel belangrijk. Zij gaf aan dat het belangrijk is om elkaar niet aan te vallen online, op sociale media. Onderlinge twist is alleen maar voeding voor de criticasters. Het was mooi te zien dat haar boodschap aansloot op wat we eerder al van anderen hoorden: “positief zijn en zorgen dat de visserij meer vrienden krijgt”. Het figuurlijk ‘trappen’ naar tegenstanders werkt wel opluchtend, maar verder alleen maar contraproductief. Veel belangrijker is het om positief de eigen boodschap te verspreiden. Beeldherkenning als tool aan boordJurgen Batsleer (WMR) presenteerde vorige week tijdens een hoorzitting in het Europese Parlement het project over beeldherkenning aan boord. Het doel van het project is om te komen tot betere vangstregistratie, als alternatief voor de aanlandplicht. Dankzij de deelname van vissers aan dit project, vaart de hele vloot al met een uitzondering voor het aanlanden van schol, iets wat niet bij iedereen bekend is. Wél gebruik maken van camera’s voor automatische beeldherkenning, maar niet voor toezicht op vissers: Batsleer was door Europarlementariër Bert Jan Ruissen (SGP) voorgedragen om inzicht te geven in de Nederlandse visie op het gebruik van camera's aan boord. Zoals boeren ook camera's gebruiken in de kassen, bij selectie van groente en fruit - zo kunnen camera's aan boord ook de visser helpen de vis te herkennen en registreren. Samen met het Ministerie van LNV en WMR zetten we ons in voor het bekijken van de mogelijkheden van beeldherkenning. We zien de meerwaarde voor het automatiseren van processen aan boord, daarnaast hebben we de uitzondering voor schol op de aanlandplicht geheel te danken aan deze inzet. Er zijn ondernemers en organisaties die beeldherkenning verwarren met cameratoezicht en zich negatief uitlaten over het idee achter camera's aan boord, maar momenteel houdt dit project de platvisvloot op zee. Omdat we met dit project inzetten op innovatieve registratie heeft de gehele vloot een uitzondering op de aanlandplicht voor schol. Het driejarige project waar Jurgen Batsleer vorige week in het Europees Parlement over vertelde is in mei van dit jaar gestart en heeft een looptijd van drie jaar. Het doel van dit project is dat we automatisch kunnen herkennen welke vis er over de opvoerband voorbij komt, waarbij het goed documenteren ervoor zorgt dat het onnodig (dood) aanvoeren van jonge vis niet nodig is. Het systeem werkt met ‘zelflerende software’. Programma’s voor automatische beeldherkenning, die moeten 'leren' door het verzamelen van beelden. Dat is niet eenvoudig, maar de eerste uitkomsten zijn heel positief. Zo is de herkenning van rog door de software zeer nauwkeurig, zelfs met de witte kant boven. De softwareherkenning is inmiddels betrouwbaarder dan de herkenning door mensen. Voor vissers kan zo'n systeem meerwaarde hebben doordat je op de brug veel beter inzicht krijgt op je vangstsamenstelling en daar je keuzes op kan baseren. Ook kan je zelf veranderingen in de vangstsamenstelling beter in de gaten houden, wanneer je langere tijd gegevens bijhoudt. Uitnodiging bijeenkomst: Onderzoek visserijgedragOp vrijdag 29 november organiseren WEcR en WMR een bijeenkomst in IJmuiden om de uitkomsten van het 'Visserijstijlen onderzoek' te bespreken. Dit onderzoek gaat over de keuzes die vissers maken met betrekking tot het vissen. Deze bijeenkomst is bedoeld voor vissers, visserijvertegenwoordigers, vertegenwoordigers van het ministerie en onderzoekers, u bent van harte uitgenodigd. In het zogeheten 'Visserijstijlen onderzoek' hebben de onderzoekers gekeken naar de combinatie van waar gevist is en hoeveel daar gevangen is (visserijdata) van de afgelopen jaren, daarbij hebben ze interviews gehouden met 28 demersale vissers om een beter begrip te krijgen van visserijgedrag. Met het project probeerden de onderzoekers (Amanda Schadeberg, Katell Hamon en Marloes Kraan) inzicht te krijgen in de vragen:
Nu het onderzoek bijna is afgerond willen de onderzoekers een bijeenkomst houden over de uitkomsten vóórdat ze het artikel publiceren, zodat ze de feedback mee kunnen nemen in de afronding van het onderzoek. Wilt u hierover meepraten, dan bent u van harte welkom bij WMR in IJmuiden van 13:00 tot 15:00 uur. Graag even aanmelden bij marloes.kraan@wur.nl of telefonisch via 06-10642542. Mocht u vragen hebben over het onderzoek dan kunt u met Marloes Kraan contact opnemen. Call voor kortlopend onderzoek innovatie visserij openOnderzoekers met ideeën voor onderzoek gericht op innovatie in de visserij kunnen zich richten op een call for proposals die door NWO deze week is opengesteld voor onderzoeksvoorstellen. In deze call is een totaalbudget van ongeveer 2 miljoen euro beschikbaar. Op 29 november vindt er een informatiebijeenkomst plaats, waar onderzoekers en vissers met elkaar in gesprek kunnen. NWO zal de komende tijd meerdere regelingen openstellen, gericht op onderzoek naar innovatie in de visserij op de thema's:
Het gaat voor deze call om kortlopende onderzoeksprojecten en langer lopende onderzoeken. De tweede call for proposals gaat naar verwachting begin 2021 open. Samenhang en vernieuwend onderzoekVisNed is van mening dat het van groot belang is dat al het onderzoek samen moet bijdragen aan een algehele vloottransitie en in het algemene belang moet zijn. Onderlinge versterking van onderzoeksprojecten moet goed geborgd worden, om te voorkomen dat er geld 'verspild' wordt aan losstaande initiatieven en 'spielerei'. De urgentie voor de sector is enorm groot, om te komen tot alternatieven voor de tongvisserij, na het verlies van puls en om te komen naar methodes om brandstof te besparen en schepen waarmee men rendabel kan ondernemen. Aanmelden voor de bijeenkomst van 29 november 2019 is wenselijk en kan via deze pagina. C188 Verdrag: een overzichtOp 15 november 2020 treedt het het C188 verdrag (Work in Fishing Convention) in werking, we zitten nu in een overgangsperiode van een jaar waarin de nationale wetgeving in lijn wordt gebracht met de bepalingen van het verdrag. Dit betekent dat er nieuwe regels komen op het gebied van bijvoorbeeld arbeid- en rusttijden, accomodatieruimten op vissersschepen en havenstaatcontrole om rekening mee te houden. Het verdrag is sinds 2017 al van kracht in een aantal landen, waaronder: Estland, Frankrijk, Litouwen, Marokko en Noorwegen. In het Verenigd Koninkrijk geldt het C188 verdrag vanaf 1 januari 2020. Nederland heeft het verdrag op 15 november j.l. geratificeerd en dat zal ingaan op 15 november 2020. Desondanks kunnen Nederlandse vissers nu al gecontroleerd worden hierop wanneer zij een buitenlandse haven aan doen. Deze zogenaamde ‘havenstaatcontroles’ (Engels: Port State Control) dwingen Nederlandse vissers dus om nu al aan het verdrag te voldoen. Certificering
Alle zeevissersvaartuigen, dus met en zonder certificaat, kunnen in een buitenlandse en/of Nederlandse haven worden geïnspecteerd. Als tijdens de inspectie blijkt dat het zeevissersvaartuig niet aan de eisen van C-188 voldoet, kan het schip worden aangehouden. Zeevissersvaartuigen die niet certificaatplichtig zijn moeten ook aan de regels van C-188 voldoen. Ook zij kunnen worden geïnspecteerd door een handhavingsinspecteur van de ILT of door inspecteurs in het buitenland. Certificaat aanvragen Om u voor te bereiden op deze inspectie aan boord, is er een toetsingskader beschikbaar. Vissersvaartuigen die normaliter buitenlandse havens aandoen krijgen voorrang, omdat in een aantal landen het verdrag al langer van kracht is. Accommodatie-eisen vaartuigen Als nieuwe schepen worden aangemerkt vissersvaartuigen waarvan het bouwcontract of contract voor ingrijpende verbouwing op of na 15 november 2019 is gegund. Kortom, heeft u nieuwbouwplannen of verbouwplannen? Informeer hier dan specifiek naar, zodat u aan de nieuwe eisen voldoet. Havenstaatcontrole
Mocht u vragen of opmerkingen hebben dan kunt u contact opnemen met Nathanaël Middelkoop (nmiddelkoop@visned.nl) PAP-regeling schol ongewijzigdDe PAP-commissie heeft besloten de PAP-regeling schol op 100% van de basishoeveelheid te laten staan.
Het Coördinatiecomité PAP-schol, opererend onder de CVO, monitort voortdurend de aanvoer en marktontwikkelingen van schol. De aanvoer van schol kende een marginale opleving maar deze blijft achter bij de behoefte in de markt. De PAP-commissie ziet geen reden om de regeling aan te passen. Omdat deze toch niet gehaald wordt blijft deze op 100% staan. De aanvoer x 1000 ton en prijsvorming van schol ziet er in de tweede helft van 2019 tot nu toe, in vergelijk met dezelfde periode in voorgaande jaren als volgt uit:
Nieuwe PAP-regeling schol Met ingang van maandag 2 december 2019 gaat de volgende periode van 4 weken in. Deze loopt van week 49 t/m 52 (2 december – 31 december 2019). Besloten is de aanvoerregeling ongewijzigd te laten zodat deze er voor de nieuwe periode van 4 weken als volgt uit ziet:
Bovenstaande regelingen gelden ook voor de visserij in het Skagerrak. Overzicht benutting visquota 2019Hieronder het meest recente benuttingsoverzicht van de uitputting in 2019 van de belangrijkste Nederlandse quota voor de kottervloot. Het overzicht is van 14 november 2019 wat betekent dat de aanvoer tot en met week 43 verwerkt zal zijn. Ter vergelijk onderstaand het overzicht per 15 november 2018, wat eveneens de aanvoer weergeeft tot en met week 43. In vergelijking met deze periode ligt de aanvoer van de belangrijke soorten tong en schol lager.
|
Postbus 59
8320 AB URK
Bezoekadres:
Vlaak 12 URK
Telefoon: 0527-684141
Fax: 0527-684166
Fotografie: oa. Albert de Boer, Willem Ment den Heijer en Jacob van Urk