Wij zijn VisNed
De vereniging van kottervissers
Wij behartigen de belangen van de Nederlandse kottervisserij
Wij behartigen de belangen van de Nederlandse kottervisserij
![]() VisNed behartigt de belangen van de Nederlandse kottervisserij |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vanavond WNL-documentaire over Pulslobby op tvIn januari nam het Europees Parlement een bizar besluit over pulsvisserij. WNL heeft een documentaire over gemaakt dit onderwerp, die vanavond vrijdag 2 November om 22.55 op NPO2 wordt uitgezonden. Deze zomer zijn we benaderd door WNL om mee te werken aan deze documentaire. Presentator Rick Nieman bezocht betrokkenen uit het recente en het iets verdere verleden. Begin september voer hij mee met de TX 1 van Scheveningen naar Rotterdam, waar we deelnamen aan de Wereldhavendagen. Onderweg sprak Nieman uitgebreid met schipper Cor Vonk en in Rotterdam interviewde hij VisNed directeur Pim Visser. Politieke besluitvorming en wetenschappelijk bewijs Europese visserijsector in overleg met Raad van MinistersDe koepel van Europese visserijorganisaties Europêche had vorige week in Brussel overleg met een delegatie van het Oostenrijks voorzitterschap over een aantal actuele visserijonderwerpen. Namens VisNed was Geert Meun aanwezig die onder het hoofdstuk Technische Maatregelen aandacht vroeg voor de Pulsvisserij. Hoe dit afloopt blijft vooralsnog onduidelijk. Over de Technische Maatregelen lopen op dit moment ingewikkelde discussies die de regelgeving maar ook het beheer van visstocks veel complexer zal maken. De belofte van de EU dat de regelgeving eenvoudiger zou worden, is inmiddels ver te zoeken. Ondanks introductie van de aanlandplicht worden toch nog steeds voorstellen besproken over doelsoorten en percentages, ook voor bijvangsten. Daarnaast lijkt het er steeds meer op dat de politici en beleidsmakers van de 3 partijen (Europese Commissie, Raad van ministers en Europees Parlement) alleen maar gefocust zijn op het realiseren van een nieuwe verordening waarbij het er niet toe doet of deze werkbaar is of niet, een trieste constatering Pulsvisserij De onderhandelaar namens het Europees Parlement kon hiermee niet akkoord gaan, waardoor uiteindelijk de triloog-onderhandelingen afgebroken werden, zonder dat een nieuwe datum werd overeen gekomen. Vanuit Europêche en VisNed is aangegeven dat Nederlandse vissers niet het slachtoffer mogen worden van een slecht compromis, voornamelijk als gevolg van een emotionele NGO-campagne. Ook is duidelijk gemaakt dat de Nederlandse visserij in economische opzicht zwaar zal lijden als noodgedwongen weer afscheid genomen moet worden van de Puls. Het toekomstperspectief wordt daarbij ontnomen, met dramatische gevolgen voor de vloot en de hele aanvoerketen. Het Oostenrijks voorzitterschap gaf aan dat nu het Europees Parlement het compromis heeft afgewezen zij daarmee voor een blokkade zorgt. Het voorzitterschap liet blijken het EP niet haar zin te willen geven. Iedereen wacht nu op een volgende stap van het EP. Onduidelijk is wanneer dat gebeurt. Het voorzitterschap drong er bij Europêche op aan om voor het compromis te vechten waarbij de discussie voortgezet moet worden op basis van feiten en wetenschap. Andere zaken Over tariefvrije contingenten voor de importen van vis van buiten de EU vindt binnenkort besluitvorming plaats. Duidelijk is dat de standpunten hierover uiteen liggen. De aanvoersector pleit voor beperking omdat de Europese vloot in de meeste gevallen voor voldoende grondstoffen kan zorgdragen. Vanuit het voorzitterschap is aangegeven dat het voorstel van de Commissie er op neer komt de bestaande tariefcontingenten ongewijzigd te continueren. Maar de meeste lidstaten vragen om een verhoging voor een flink aantal contingenten, ook voor platvis. Wij hebben aangegeven dat Europees-breed de toegewezen quota op dit moment ruim voldoende zijn om aan de vraag vanuit de verwerkers te voldoen. In verband met Brexit zal de nieuwe regeling waarschijnlijk niet voor de gebruikelijke 3 jaar worden afgesproken maar voor een kortere periode. VisNed spreekt haar waardering uit voor dit initiatief van Europêche waardoor het mogelijk was om de mening van de visserijsector in een 1 op 1 overleg met de huidige voorzitter van de Europese Raad naar voren te brengen. Titanic-scenario blijft dreigen voor visserij“De Titanic heeft 95% van de reis voltooid, zo kan het ook met de Brexit gebeuren.” Met deze vergelijking wordt gedoeld op de blijvende onzekerheid over de Brexit. Aan deze onzekerheid kon, ook tijdens de stakeholderbijeenkomst van I&W (23-10-2018) en LNV (26-10-2018), geen einde gemaakt worden. Ook de publicatie van de Fisheries Bill door de Engelse overheid kan hieraan geen einde maken, want het blijft de vraag hoe hier invulling aan gegeven gaat worden en hoe serieus we de Fisheries Bill moeten nemen. Huidige stand van zaken Er is tot op de dag van vandaag nog geen uittredingsovereenkomst tussen de EU en het VK. Dit uittredingsverdrag gaat over de voorwaarden waaronder het VK de EU verlaat. Daarna moet er een akkoord komen over de toekomstige relatie tot het VK, waar pas aan begonnen kan worden als de uittredingsovereenkomst rond is. Als er een deal komt met daarin een overgangsperiode, dan bepaalt dat de deadline voor de overeenkomst over toekomstige relatie tot het VK. Na een Brexitdeal over uittreding volgt er dus een andere (inhoudelijk) belangrijke deal. Zonder een deal voor 29 maart 2019 is er dus ook geen overgangsperiode en geen overeenstemming over hoe het VK in verhouding staat tot de EU en iedere individuele lidstaat. Kortom; dat zou een ramp zijn. Een heikel punt is dat de EU al in het uittredingsverdrag de relatie van het VK tot de EU wil hebben. Hiermee wordt bedoeld dat het VK geen onderdeel meer uitmaakt van de interne markt etc. Dit geeft namelijk een juridische basis voor de afspraken die op een Brexit deal volgen over de toekomstige relatie tot het VK en voorkomt ‘cherry-picking’, zeg maar de krenten uit de pap, wel de lusten van een uittreding en niet de lasten. De tactiek van de Engelse premier Theresa May lijkt nu te zijn om tijd te kopen. Wanneer er op het laatste moment een deal ligt over de voorwaarden waaronder het VK de EU verlaat, wordt het voor alle partijen slikken of stikken. Dan is het de keuze tussen een (slechte) deal of geen deal in de hoop dat de politieke steun dan voldoende zal zijn. Laat verder helder zijn dat bij een deal tussen de onderhandelaars ook het Europees Parlement akkoord moet gaan en het Britse parlement de uittredingsovereenkomst moet ratificeren (geldig verklaren voor brits recht). Zelfs dan kan een deal dus nog afketsen. Vandaar ook de vergelijking met de Titanic in de inleiding van dit stuk. Fisheries Bill Op 25 oktober 2018 is de Fisheries Bill naar het Britse parlement gezonden, die inhoudelijk veel op de eerdere White paper van het VK lijkt. Hoofdlijnen hierin zijn dat het VK een onafhankelijke coastal state wordt, die zelfstandig beslist wie onder welke voorwaarden toegang krijgt tot hun wateren. Dit is het systeem van zonal attachement. Dit betekent dat zij ook als derde partij willen deelnemen aan de onderhandelingen met Noorwegen over de gedeelde visbestanden. Er ontstaat dan op de Noordzee een situatie waar in het VK en Noorwegen veruit het meeste water en qua omvang een beperkte vloot, terwijl de EU een aanzienlijke vloot heeft maar veel minder water. Daarbij wil het VK de toegang tot de markt loskoppelen van de toegang tot elkaars wateren. Iets wat voor de EU tot nu toe onbespreekbaar is. VisNed blijft benadrukken dat de koppeling van die twee zaken cruciaal is. Daar komt bij dat nu helder gesteld is dat Engelse vlagkotters in het no-deal scenario geen toegang tot de Europese wateren krijgen wanneer Europese vissers ook geen toegang tot Britse wateren krijgen. Daarnaast stelt men in de Fisheries Bill voor om voor de Britse quota een andere manier van verdeling te gaan hanteren, waarbij men via een systeem van tendering quota zou kunnen verkrijgen. De moeilijkheid van deze Fisheries Bill is hoe groot het proefballon-gehalte ervan is. Het is nog onduidelijk hoe het VK een en ander precies wil gaan invullen en of er voldoende politieke steun hiervoor. is Wel is het enigszins geruststellend dat de Engelse minister Michael Gove heeft toegezegd dat gemaakte afspraken in EU verband sowieso tot eind 2019 gehandhaafd blijven. Beter een goede buur dan een verre vriend...Met je buren ben je het niet altijd over alles eens, maar in gesprek blijven met elkaar is heel belangrijk. Juist daarom heeft VisNed, samen met de PO NVB, een dag lang intensief overleg gevoerd met vertegenwoordigers van de Belgische en Franse visserijsector. Maandag 22 oktober werd in Rotterdam vergaderd om een vervolg te geven aan de eerste ontmoeting van 13 juni 2018 in Parijs. Aangezien er op het onderwerp van de puls visserij een groot meningsverschil bestaat, is van tevoren afgesproken hierover (nog) niet te spreken. Dat zou de broze relatie teveel onder druk zetten. Tijdens het overleg werden de onderzoeksresultaten gepresenteerd van de overlevingskans van verschillende soorten discards als stekelrog, tarbot, griet, tong en schol. Er is daarnaast gesproken over het visserijmanagement in het Kanaal. Hierbij was de opzet om van beide zijden een eerlijk beeld te krijgen van de visserij-inspanningen in het Kanaal. Hiervoor werd door ons een overzicht gepresenteerd van Nederlandse en Engelse/Belgische (vlag)kotters. Door Frankijk werd gemeld dat daar inmiddels 14 vaartuigen de fly shoot visserij kunnen beoefenen en dat er nog 4 in aanbouw zijn. Binnen Frankrijk wordt ook een discussie gevoerd om het aantal fly shooters te maximeren, hierbij wordt, net als in Nederland, het getal van 24 genoemd. De aanlandplicht is tijdens dit overleg ook ter sprake gekomen, waarbij de nadruk voornamelijk lag op innovaties op het gebied van selectiviteit. In dit kader werd door ons wel de puls genoemd en werden meerdere ideeën, waaronder het Sepnep-visnet, gepresenteerd als manier om discards te verminderen. Een ander belangrijk onderwerp tijdens het overleg was het vormgeven van de toekomstige samenwerking, niet alleen nu maar ook na de Brexit. De vraag is op tafel gelegd hoe en op welke onderwerpen de krachten gebundeld kunnen worden. Gezien de agressieve anti-visserij campagnes van o.a. Bloom heeft VisNed gewezen op het van belang om te werken aan een gezamenlijke communicatiestrategie. De EAPO is voor nu een geschikt platform waarop de samenwerking meer vorm kan worden gegeven. Om hier concreet invulling aan te geven is afgesproken met een gezamenlijke brief te komen binnen EAPO in reactie op het voorstel van de Europese Commissie over TAC's en Quota's. Gezien de taalbarrière verloopt het overleg dikwijls traag en moeizaam. Wel merken we dat de wederzijdse bereidheid om te investeren in een goede relatie toeneemt. Het volgende overleg zal worden georganiseerd in België. Succes: VisNed haalt de NSAC naar ZoetermeerVanwege de Brexit moet het secretariaat van de Noordzee-Adviesraad (NSAC) vertrekken uit Aberdeen. Een ruime meerderheid van de aangesloten organisaties heeft voor Zoetermeer gekozen als nieuwe vestigingsplaats. Een mooi succes voor VisNed en de Elasmobranchen Vereniging (NEV). VisNed heeft in samenwerking met de Nederlandse Elasmobranchen Vereniging voorgesteld om de NSAC naar Nederland te verhuizen. Op dit moment is de NSAC in Aberdeen gevestigd. In verband met de Brexit moest daar verandering in komen. Het voorstel van VisNed en de NEV kon op steun rekenen: een ruime meerderheid koos afgelopen maandag voor het Nederlandse voorstel! Nog vóór het uittreden van het VK moet de verhuizing afgerond zijn en moet er een zelfstandig secretariaat staan dat werkt vanuit Zoetermeer. Dat betekent dat er erg snel gehandeld zal moeten worden. VisNed schuift Noor Visser naar voren om tijdelijk het werk van het secretariaat over te nemen en daarnaast de overtocht en de opbouw van het secretariaat te organiseren. Om deze reden zal zij komende tijd minder taken voor VisNed oppakken. Zie ook het artikel in Visserijnieuws van vandaag. Vaarbevoegdheidsregels gaan veranderen, maar nu nog nietNederland gaat het STCW-F verdrag over trainingen en certificeringen voor vissers ratificeren. De regels voor vaarbevoegdheid gaan daardoor veranderen. Wat wij tot nu toe van die voorstellen zien lijkt na wat aanpassingen goed werkbaar. Maar er is nog niets defintief besloten. Het STCW-F-verdrag van de International Maritime Organization (IMO) regelt wereldwijd de richtlijnen voor vakbekwaamheid van vissers op het gebied van veilig varen. Over welke trainingen ze gevolgd moeten hebben en over welke certificeringen ze moeten beschikken. Vanuit haar internationale verantwoordelijkheid voor de veiligheid op zee gaat Nederland dit verdrag ratificeren en moet daarom bestaande regelgeving aanpassen aan de verdragstekst. Dat betekent dat de eisen rondom vaarbevoegdheden – minimaal – aangepast moeten worden. Sinds 2012 heeft de overheid onze sector intensief betrokken bij dit aanpassingsproject, dus ook VisNed. Advies sociale partners De sociale partners in de visserij werken samen in de Sectorraad. Dat zijn de RVZ, het CNV, de vijf PO's die in VisNed samenwerken en de PO NVB. Al in 2015 hebben zij gezamenlijk een advies aan het Ministerie van I en W uitgebracht over vernieuwing van bemanningseisen. Begin dit jaar is er een voorstel voor vervanging van het huidige Besluit zeevisvaartbemanning gekomen. Dat voorstel doorloopt nu de procedure voor en ministeriele beschikking, waaronder ook overleg met de Sectorraad. In dat overleg is een aantal plooien gladgestreken, omdat de voorstellen van het Ministerie niet helemaal strookten met de wensen en adviezen van de sector. De Sectorraad verwacht dat in de komende weken alles helder zal zijn. Groot voordel van de nieuwe regeling is wel dat de vaarbevoegdheden van buitenlandse opvarenden nu ook rechtsgeldigheid op Nederlandse schepen zullen gaan krijgen. In de afgelopen weken zijn geluiden gehoord als zouden er veel minder mogelijkheden komen voor SW 6 gediplomeerden om vaarbevoegdheden te verkrijgen. Dat is te kort doro de bocht! Daarover is met de overheid intensief overlegd door de vertegenwoordigers van de reders en een oplossing is nabij. Binnenkort worden ook die laatste plooien gladgestreken. Zodra er volledige en gedetailleerde duidelijkheid is, zal VisNed aan de bij haar PO’s aangesloten vissers een brief sturen met daarin de gedetailleerde informatie. Vanwege de zorgvuldigheid en om onrust te voorkomen, zullen we pas met informatie naar buiten komen als alles definitief rond is. Daarom nog enkele weken geduld alstublieft. Brief van RVO over inschrijving vissersvaartuig in het Visserijregister ontvangen?Heeft u van de RVO een brief ontvangen over de beoordeling van uw schip voor de inschrijving? Neem contact op met VisNed want wij coördineren de beantwoording.
Diverse hebben van de RVO een brief ontvangen om te beoordelen of hun schip aan de voorwaarden voor inschrijving voldoet. Er wordt dan specifiek gevraagd naar gegevens om te beoordelen of het schip wel regelmatig in Nederland havent. De registratie van vissersschepen in Nederland wordt nauwlettend in de gaten gehouden vanuit de Europese Commissie. Nederland moet aantonen dat ze regelmatig controleert of het vaartuigenregister op orde is en of de gebruikte gegevens correct zijn. Of er bijvoorbeeld geen schepen in het register staan die niet aan de voorwaarden voldoen. Naar het ‘waarom’ van deze acties kunnen we slechts gissen. Maar het is een gegeven. Het is in het sectorbelang om de overheid zoveel mogelijk gegevens te verstrekken. Tegelijk wil VisNed dit zo efficiënt mogelijk doen, dat helpt de RVO en dat ontzorgt de betreffende vissers. Daarom inventariseert VisNed alle vragen en zorgt ze voor gecoördineerde beantwoording naar RVO. Als u dus zo’n vragenbrief heeft ontvangen: Bel of mail met het VisNed secretariaat!
Luisteren naar elkaar bij dossier Wind op ZeeNatuurorganisaties, visserij en windsector moeten hun kaarten op tafel leggen. Hoe willen zij dat de Noordzee er in de toekomst uit ziet, gegeven de komst van energie op en uit zee? Om vervolgens samen te komen tot een gezamenlijk beeld. Dat is niet eenvoudig. Het vraagt vertrouwen in, en luisteren naar elkaar. Standpunt van de visserijsector: Ketenoplossing noodzakelijk Als eerste bracht de visserij haar visie naar voren: idealiter blijft er zoveel mogelijk ruimte over voor de visserij om te vissen in de Noordzee. Pim Visser stelde namens VisNed: ‘Alles wat er ná de visserij bij is gekomen is medegebruik. Bij deze casus wordt dat omgedraaid.’ De visserij, als oudste gebruiker van de Noordzee, mag geen sluitpost worden. Een transitiefonds kan de pijn verzachten van enorme ruimtebeperkingen. De aard en omvang van de vloot moet passend zijn bij de ruimte die overblijft op zee. De impact van Wind op Zee is voor de visserijsector echter veel groter dan een passende vloot alleen. Er dient een ketenoplossing te komen. Er moet immers niet alleen gekeken worden naar de gevolgen voor de vissers, maar ook naar visserijgemeenschappen en aanverwante sectoren. "Na deze transitie moet er een visserijsector zijn die ecologisch en economisch duurzaam opereert. Die toekomstbestendig is", aldus VisNed. Visie NGO’s: Gesloten gebieden De natuurorganisaties brachten gezamenlijk hun punten naar voren. Zij pleiten onder meer voor gesloten natuurgebieden op de Noordzee, maar zonder windparken. Hoezo 'dubbel ruimtegebruik'? VisNed bracht in dat de sector dan juist 'dubbel gepakt' wordt. Vanuit de overheid werd aangekaart dat medegebruik tussen windmolens en natuur niet uitgesloten moet worden, omdat er sprake is van grote uitrol onder heel andere omstandigheden toen voor de eerste parken 'verboden toegang' bepaald werd. Windsector en TenneT: lage kosten, weinig risico De windsector heeft tot doel om duurzame energie te produceren voor een zo laag mogelijke prijs. Daarbij past het vermijden van risico. Daarom zien zij medegebruik als een gevaar. De vraag die hierbij meespeelt is dan of je de veiligheidscultuur op zee mag vergelijken met de veiligheidscultuur op land. Of de windsector niet een beetje doorschiet in voorzichtigheid. Dat doen ze op het Nederlandse plat heel erg en op het Engelse plat niet. "Beetje vreemd" zo merkte VisNed op. Bij het aanleggen van de kabels kijkt TenneT vooral naar kostenefficiëntie en wil daarom zo snel mogelijk duidelijkheid krijgen van de verschillende stakeholders. TenneT moet namelijk tien jaar vooruitplannen. Vervolg Alle partijen nemen kennis van elkaars ideeën en denken na over de gestelde vragen. Bij de volgende bijeenkomst (volgende week al) zal worden gekeken in hoeverre de visies op elkaar aansluiten en op welke punten er nog onderzoek nodig is. VisNed heeft een uitgebreide onderzoekslijst opgesteld en zal er voor blijven pleiten dat andere medegebruikers zich zoveel mogelijk aanpassen aan de visserij. De visserij heeft immers de oudste gebruikersrechten van de Noordzee, en zorgt voor gezond en duurzaam voedsel. Scholaanvoer blijft achter, PAP-regeling ongewijzigdWe blijven vaststellen dat de aanvoer van schol onderhand zorgwekkend laag wordt. De grondstofvoorziening van de visverwerkende industrie laat al geruime tijd een tekort zien en komt op deze manier ernstig in gevaar. Het zou voor alle partijen goed zijn indien de scholaanvoer substantieel toeneemt.
De PAP-commissie schol volgt de aanvoer en marktontwikkelingen van schol in Nederland en de landen rond de Noordzee. De aanvoer in de afgelopen periode in Nederland zag er, in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar, als volgt uit:
** zonder Breskens en Den Oever. PAP-regeling Omdat er geen enkele restrictie uitgaat van de regeling heeft de PAP-schol-commissie besloten de regeling van 100% te continueren. Hierdoor ziet de regeling voor de 4-weekse periode, die maandag 4 november as. ingaat (voor de weken 45 t/m 48), er als volgt uit:
Let op:
Bouwen aan betere bestandsschattingen en vangstadviezenVorige week is op het kantoor van ICES in Kopenhagen de cursus “Introduction to Stock Assessments” (introductie op bestandsschattingen) gegeven . VisNed nam deel om zich nader te verdiepen in de theorie en zich de modellen verder eigen te maken. Dit draagt bij aan de strategie van VisNed om signalen uit de praktijk om te zetten in concrete acties voor de verbetering van bestandsschattingen. De bestandsschattingen van ICES spelen een belangrijke rol en zijn welbekend in de visserijsector. Zij vormen de basis onder de vangstadviezen, en daarmee de visquota. VisNed ontplooit velerlei initiatieven om kennis en gegevens uit de vloot aan te wenden voor de verbetering van de bestandsschattingen. Zo worden onderzoeksgegevens uit EFMZV-project Best Practices II ingezet om te laten zien dat bijvoorbeeld rogvangsten hoger liggen dan de huidige bestandsschattingen en quota suggereren. In de EFMZV-onderzoekssamenwerkingsprojecten OSW2.0 en OSW2.1 worden gegevens verzameld die specifiek bedoeld zijn als aanvulling op de bestaande gegevensbasis voor de bestandsmodellen (Bedrijfssurvey tarbot/griet, vangstmonitoring Noorse kreeft, vangst- en DNA onderzoek rog). En VisNed neemt ook deel aan grote Europa-brede projecten zoals PANDORA. Dat heeft tot doel om meer biologische kennis in de modellen te gaan gebruiken om ze beter aan te laten sluiten bij de realiteit (bijvoorbeeld in een case study naar dichtheidsafhankelijke groei in het scholbestand). Een gemêleerde groep van 25 deelnemers werkzaam voor organisaties van Spanje tot in Groenland kwam voor deze cursus bijeen. Ondanks het woord “introduction” in de titel van de cursus, was er een flinke dosis wiskundige formules en programmeerwerk te verstouwen en was er genoeg ruimte voor verdieping. Naast wetenschappers vanuit de nationale onderzoeksinstituten namen ook enkele wetenschappers van visserijorganisaties deel. Naast VisNed (Wouter van Broekhoven) waren dat bijvoorbeeld ook twee van onze collega-organisaties uit Schotland. Dit is een uiting van de steeds actievere rol die de visserijsector neemt in het onderzoek. Om als sector effectief te kunnen bijdragen aan betere bestandsschattingen is begrip van de modellen en hun gegevensbasis onontbeerlijk. Vanuit de praktijk kent VisNed de signalen van verschillende bestanden waarvan de vangstadviezen uit de pas lijken te lopen met de werkelijkheid op zee. Door dit te combineren met een goed inzicht in de sterke en zwakke punten van individuele bestandsschattingen, wordt het mogelijk om hier vanuit de vloot iets aan te doen. Bijvoorbeeld door gericht gegevens te verzamelen om de blinde vlekken in de bestandsschattingen van deze soorten in te vullen. Europese Unie, Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij Overzicht benutting visquota 2018Hieronder het meest recente benuttingsoverzicht van de uitputting in 2018 van de belangrijkste Nederlandse quota voor de kottervloot. Het overzicht is van 1 november 2018 wat betekent dat de aanvoer tot en met week 42 verwerkt zal zijn.
Ter vergelijk onderstaand het overzicht per 3 november 2017. In vergelijking met de periode uit 2017 ligt de aanvoer van de belangrijkste soorten tong, schol, tarbot en Noorse kreeft nog steeds (duidelijk) lager.
Totaaloverzicht PO-maatregelenIn 2018 hebben de Nederlandse PO’s in CVO-verband maatregelen genomen om de benutting van een aantal nationale quota zo duurzaam mogelijk te maken en om vroegtijdige sluiting van deze quota te voorkomen. Voor zeebaars gelden door de overheid ingestelde maatregelen. Het totaaloverzicht: PAP-regeling schol
Rog: Minimum aanvoermaat: 55 cm.
Tarbot, griet: Minimum aanvoermaat: 27 cm.
Tongschar: voor tongschar geldt een minimum maat van 25 cm waarbij de tongschar van 25 – 27 cm moet worden gesorteerd in een aparte klasse: tongschar IIIb of tongschar IV. Noorse kreeft: Noorse kreeft valt enerzijds onder Aanlandplicht maar tegelijk mogen ondermaatse Noorse kreeft gediscard worden onder de minimis-regeling, dus feitelijk is er niets gewijzigd t.o.v. vorig jaar. Daarom is de aanvoer en verhandeling van meer dan 35 stuks per kilogram door leden van PO verboden. Verder: max. 10% kreeftstaartjes per aanlanding. Zeebaars; Minimum maat voor zeebaars voor alle vlootsegmenten is 42 cm.
|
Postbus 59
8320 AB URK
Bezoekadres:
Vlaak 12 URK
Telefoon: 0527-684141
Fax: 0527-684166
Fotografie: oa. Albert de Boer, Willem Ment den Heijer en Jacob van Urk