ICES-adviezen 2020: ondanks groeiende bestanden toch weer lagere vangstquota

Vandaag zijn de ICES-adviezen voor volgend jaar gepresenteerd. De Europese Raad van Visserijministers stelt eind 2019 de nieuwe vangstquota vast voor 2020, op basis van onder andere deze vangstadviezen. Ondanks dat ICES concludeert dat door lagere visserijdruk de belangrijkste bestanden er heel gezond voor staan worden de TAC-Adviezen opnieuw verlaagd.

VisNed blijft grote vraagtekens zetten bij de totstandkoming van de vangstadviezen, met name met betrekking tot de referentiepunten in het kader van het duurzame beheer van de visbestanden. Ondanks groeiende en gezonde bestanden worden substantiële verlagingen van de TAC’s voorgesteld, verlagingen die niet wetenschappelijk onderbouwd worden. Groeiende bestanden in combinatie met verlaagde vangstmogelijkheden heeft in het verleden vaak geleid tot een toename van de dis-cards, omdat het quotum ontbrak om deze aan te voeren. Die situatie willen we als sector liever voorkomen.

De insteek dat alle bestanden tegelijkertijd aan de MSY-beheersmaatregelen moet voldoen, sluit niet aan bij de werkbaarheid in de praktijk. VisNed pleit er daarom voor om maximaal gebruik te maken van de in het Noordzee-beheerplan vastgelegde bandbreedtes voor het duurzaam beheer. 

Europees beheerplan

Het Europese beleid heeft als doel om de visserijdruk zo te reguleren dat de maxi-maal duurzame oogst (MSY, ‘Maximum Sustainable Yield’) wordt behaald. Dit is de visserijdruk die leidt tot de hoogst mogelijke oogst van een visbestand op de lange termijn. Het MSY-niveau is voor iedere vissoort anders. Om hiermee in het beheer van de gemengde visserij rekening te houden, zijn er bandbreedtes voor MSY opgenomen. Wanneer de vangst van een soort binnen zijn bandbreedte blijft, wordt het bestand op een duurzame manier bevist. 

Gezond bestand Noordzeetong

Het volwassen Noordzeetongbestand wordt geschat op iets meer dan 55.000 ton, en bevindt zich boven het MSY-streefniveau. Sinds 1997 is de visserijdruk op dit bestand sterk afgenomen en daar is dus ook resultaat van. ICES adviseert dat de totale vangst van tong in de Noordzee binnen de bandbreedte van 7.170 ton en 20.820 ton moet blijven. Als er sprake zou moeten zijn van één getal moet volgens ICES volgend jaar de TAC voor tong naar 12.317 ton, dit jaar: 12.555 ton, een afname van 2%. 

Voor het eerst sinds metingen meer dan 1 miljoen ton volwassen schol

Onderzoekers schatten dat er voor het eerst meer dan 1 miljoen ton aan volwassen schol rondzwemt, namelijk 1.052.000 ton ten opzichte van 913.000 ton in 2018. Het bestand is astronomisch groot en groeit nog steeds. Sinds de start van de bestand-schatting in 1957 is niet eerder zoveel schol gemeten. De sterke toename van het bestand is vooral gekoppeld aan de forse afname van de visserijdruk en toont aan dat goed visserijbeheer haar vruchten afwerpt.
Ondanks de toename van het paaibestand met meer dan 140.000 ton, ligt het vang-stadvies 11.000 ton lager dan in 2019 en deze verlaging vinden wij onbegrijpelijk en ook onnodig. ICES adviseert op basis van de MSY-benadering een totale vangst van maximaal 131.439 ton schol voor de Noordzee en het Skagerrak, een daling met 7,5%. Deze verlaging valt niet wetenschappelijk te onderbouwen.

De afgelopen 3 jaren is de TAC telkens met meer dan 15% gedaald, dus met de voorgestelde 7,5 % verlaging voor volgend jaar zijn de vangstmogelijkheden voor schol in enkele jaren tijd gehalveerd. Visserijmaatregelen die ten doel hebben be-standen op duurzaam niveau te krijgen en te houden, daar kan niemand op tegen zijn. Maar gezien de hoogte van het scholbestand is VisNed zeer ontstemd over dit advies. 

Tarbot al vijf jaar boven MSY niveau

Het bestand tarbot wordt op ruim 8.500 ton geschat. De visserijdruk zit sinds 2012 onder het maximale niveau en het bestand sinds 2013 boven MSY niveau. ICES advi-seert om in 2020 maximaal 4.538 ton tarbot in de Noordzee te vangen. De schatting van het tarbotbestand zou volgens ICES verder verbeterd kunnen worden door een gerichte jaarlijkse onderzoekssurvey op de Noordzee. Sinds 2018 voert VisNed samen met Wageningen Marine Research een survey uit op tarbot en griet, om hieraan tegemoet te komen. 

Gezonde situatie voor griet

Griet is een gegevensarm bestand, waarbij voor het bepalen van vangstadviezen gebruik gemaakt wordt van een indexering. Deze index wordt berekend op basis van het vangstsucces van Nederlandse kotters, waaruit wordt geconcludeerd dat het bestand sinds 2015 afneemt. Het bestand bevindt zich wel boven het MSY-niveau. De visserijdruk is lager dan toegestaan, maar voor gegevensarme bestanden adviseert ICES altijd volgens de voorzorgsbenadering en geldt het advies voor twee jaren. Dit betekent dat er in 2020 en 2021 in de Noordzee, Kattegat, Skagerrak en in Het Ka-naal maximaal 2.559 ton griet mag worden gevangen.

Het TAC-advies 2020 voor tarbot en griet gezamenlijk is 7.097, terwijl dat voor dit jaar nog 8.022 ton was, een afname van 11 % ondanks dat beide bestanden boven MSY zijn. 

Kabeljauwbestand helaas onder het limietniveau

Na een historisch dieptepunt in 2006 raakte het kabeljauwbestand in de Noordzee, Skagerrak en in het oostelijke deel van Het Kanaal in 2014 uit de gevarenzone door goed beheer. De voorzichtig ingezette groei lijkt echter niet door te zetten, en het bestand is nu opnieuw onder het limietniveau, wat betekent dat het bestand een verminderde capaciteit heeft om zich te kunnen voortplanten. Naar schatting zwemt er ongeveer 81.000 ton volwassen kabeljauw in de Noordzee.
De visserijdruk is toegenomen, en deze ligt nog steeds hoger dan het MSY-streefniveau. Ondanks alle maatregelen die genomen zijn om de visserijdruk omlaag te brengen, wordt de groei van het bestand bemoeilijkt door de lage aanwas van jonge kabeljauw wat al sinds 1998 het geval is. Bij een visserijdruk op MSY-niveau luidt het advies van ICES voor deze gebieden dat de visserij in 2020 maximaal 10.457 ton kabeljauw mag vangen. Een flinke verlaging maar nodig om het bestand een kans te geven. 

Wijting stabiel

Het bestand wijting in de Noordzee en het oostelijke deel van Het Kanaal bevindt zich net onder het MSY-streefniveau en wordt geschat op ruim 156 duizend ton. Er mag in totaal maximaal 22.082 ton wijting worden gevangen, waarvan uit de Noordzee 15.036 ton voor menselijke consumptie. 

Zeebaars blijft op limietniveau

Het zeebaarsbestand in de zuidelijke en centrale Noordzee, Ierse Zee, Het Kanaal, Bristol Kanaal en de Keltische Zee blijft op het limietniveau en wordt geschat op iets minder dan 11.000 ton. Hoewel de visserijdruk sinds 2013 fors is afgenomen en onder het MSY-niveau ligt, resulteert dit niet in een groei van het bestand. De aanwas is al sinds 2008 laag, wat waarschijnlijk de oorzaak is voor de achterblijvende groei. ICES adviseert dat de totale vangst voor deze gebieden in 2020 binnen de band-breedte van 1.643 ton en 1.946 ton moet blijven. Voor de recreatieve visserij vertaalt dit zich in een vangst van tussen de 346 ton en 412 ton. 

Noorse kreeft stabiel

ICES geeft voor de Noorse kreeft een jaarlijks of tweejaarlijks vangstadvies af per leefgebied. Voor de Nederlandse vissers zijn voor 2019 vooral de adviezen voor de gebieden Botney Cut/Silver Pit (gebied 5) en Horn's Reef (gebied 33) belangrijk. Voor de Botney Cut/Silver Pit adviseert ICES een jaarlijkse maatse vangst van 1.074 ton in 2019 en 2020 en voor Horn’s Reef voor beide jaren een vangst van 1.154 ton.

Nederlandse kreeftjesvissers zijn samen met Wageningen Marine Research (WMR) dit jaar een project gestart om de bestanden in de 2 genoemde gebieden beter in kaart te brengen en zo de basis voor de vangstadviezen te verbeteren.

Tabel: Ontwikkelingen paaibestanden en visserijdruk, totaal toegestane vangsten in 2019 en ICES-advies voor 2020 (in tonnen) voor vissoorten die belangrijk zijn voor Nederlandse visserij.

Soort

Ontwikkeling

paaibestand

Ontwikkeling visserijdruk

Vastgestelde

TAC1 2019

(in tonnen)

ICES-vangstadvies voor 20202

(in tonnen)

Procentuele verandering vangstadvies t.o.v. 2019 TAC3

Haring

 Pijltje neer  Pijltje rechts

385.008

418.649

8.7%

Tong

 Pijltje boven  Pijltje rechts

12.555

12.3174

-1.9%4

7.170-20.8205

-43%- 66%5

Schol

 Pijltje boven  Pijltje rechts

142.217

131.439

-7.6%

Tarbot

 Pijltje neer  Pijltje rechts

8.1227

4.538

n.v.t.6

Griet

 Pijltje neer  Pijltje rechts

8.1227

2.559

n.v.t.6

Kabeljauw

 Pijltje neer  Pijltje rechts

35.357

10.457

-70%

Wijting

 Pijltje rechts  Pijltje rechts

17.1917

15.036

-12.5%

Zeebaars

 Pijltje rechts  Pijltje neer

n.v.t.8

1.9464

n.v.t.8

1.643-1.9465

n.v.t.8

1 TAC = totale vangst = vis die voldoet aan de minimummaat (maats) + ondermaatse vis. Voor haring en wijting (Noordzee-deel) in deze tabel weergegeven voor de visserij voor menselijke consumptie.

2 Vanwege de invoering van de Europese aanlandplicht geeft ICES advies voor de totale vangst (maats + ondermaats). Voor haring en wijting (Noordzee-deel) in deze tabel weergegeven voor de visserij voor menselijke consumptie.

3 Procentueel verschil tussen de geadviseerde TAC 2020 (dus incl. ondermaatse vangst) en de vastgestelde TAC voor 2019 (incl. ondermaatse vangst). Voor haring en wijting gaat het om de visserij voor menselijke consumptie. Voor haring is de ondermaatse vangst verwaarloosbaar.

4 MSY-niveau

5 MSY-bandbreedte

6  Voor tarbot en griet geldt gezamenlijke totale TAC. Het is niet mogelijk het verschil tussen het advies per soort en de vastgestelde gezamenlijke TAC te berekenen.

7 TAC Noordzee en zuidelijke deel Noorse Zee (exclusief Kanaal en de industriële vangst) .

8 Voor 2018 en 2019 adviseerde ICES een vangst van 0. Vervolgens heeft de Europese Raad van Visserij Ministers geen TAC voor die jaren vastgesteld. Wel is er onder voorwaarden beperkte vangst toegestaan

    iceslogo