Uitzonderingen aanlandplicht worden verlengd

Tijdens een overleg met het ministerie van LNV eerder deze week kregen we een terugkoppeling van de besluitvorming van de Europese Commissie op de ingediende verzoeken tot uitzonderingen op de aanlandplicht. Een groot aantal uitzonderingen blijft toegestaan. De uitzondering voor wijting voor de boomkorvloot vervalt wel, maar de aanvraag uitzondering tarbot is gehonoreerd. 

Verzoeken voor uitzonderingen moeten onderbouwd worden met wetenschappelijke data. Dat is niet altijd makkelijk, maar het blijkt dat de Europese Commissie, gesteund door informatie vanuit het wetenschappelijke en economische adviesorgaan STECF, mee blijft denken om de onwerkbare aanlandplicht voor de vloot enigszins werkbaar te houden.

Relevante uitzonderingen voor de Nederlandse vloot

Voor de verschillende visserijen gelden meerdere uitzonderingen, waardoor de vloten niet voor onwerkbare situaties komen te staan. Nederland heeft ook een aantal aanvragen ingediend en de meesten zijn goedgekeurd, VisNed is met name Maarten Wegen en Roos Strating van LNV hiervoor erkentelijk. 

Hieronder volgt een opsomming van de belangrijkste uitzonderingen:

  • Twinrig/borden 80 – 99 mm: Noorse kreeft, schol (als op platvis gevist worden en met gebruik SeptNet als op Noorse kreeft wordt gevist), roggen.
  • Twinrig/borden 100 – 119 mm: schol, roggen.
  • Twinrig/borden 120 mm: schol, roggen.
  • Twinrig/borden/fly shoot 80 – 99 mm in IVc: kabeljauw, wijting.
  • Boomkor 16 – 32 mm (garnalenvisserij); volledige vrijstelling aanlandplicht.
  • Boomkor 80 – 119 mm: schol, tarbot, roggen, tong (bij gebruik Belgisch paneel).
  • Boomkor 120 mm: tarbot, roggen.

Registratieplicht van ondermaatse vis die gediscard wordt blijft onverkort van kracht. Hetzelfde geldt voor ondermaatse vis die wel binnen wordt gebracht, deze moet onder BMS geboekt worden.

De meeste uitzonderingen zijn toegekend tot en met 2023, dus voor de komende tweeënhalf jaar. Hopelijk zal voor die tijd een pragmatische langdurige oplossing voor de aanlandplicht gevonden zijn.

De typering als zijnde 'Regelgeving die qua werkbaarheid gebaseerd is op de continuiteit van uitzonderingen op diezelfde regelgeving', geeft wel aan wat voor zinloze (en complexiteit verhogende) manier van beleidsvoering dit is.