Besluit EP over CCTV onwerkbaar en gestoeld op wantrouwen

Het besluit van het Europees Parlement (EP) om vissersschepen met CCTV systemen uit te rusten is symboolpolitiek die de visserij onnodig criminaliseert. Het idee is dat met CCTV de aanlandplicht beter gecontroleerd kan worden, het symptoombestrijding want niet de visser is het probleem, maar de aanlandplicht zelf. De aanlandplicht is niet uitvoerbaar, niet naleefbaar en niet handhaafbaar. 

Doel van de aanlandplicht is tweeledig: meer selectiviteit en betere inzicht in de totale vangsten. Het moeten meenemen van de discards moet daarbij fungeren als prikkel voor selectiviteitsverbetering en heeft als neveneffect dat er een beter beeld ontstaat van wat er gevangen wordt.

Echter, de beleidsregel is niet werkbaar in de gemengde bodemvisserij omdat er een grens zit in de mate van selectiviteit die behaald kan worden vanwege het gedrag van de vissen waar we op vissen. Die zwemmen allemaal kriskras door elkaar heen en niet netjes georganiseerd in scholen.

Het meenemen van vis is in de 80mm visserij geen optie, dus moet het goed registreren van vangsten anders en daarom experimenteren we met het FDF project met geautomatiseerde vangstregistratie. De Europese Commissie is het eens met het idee om te werken aan iets werkbaars en geeft ons via FDF de tijd om te komen tot een alternatief op het meenemen van vis.

Daarom hebben we in Nederland een uitzondering gekregen voor het verplicht aanlanden van ondermaatse schol, dit is uitgesteld zolang het FDF project loopt. De enige reden dat de visserij vooralsnog vrijgesteld is van het meenemen van kleine vis, is dankzij een paar ondernemers die hun nek uit durven steken.

In eigen beheer kijken wat (niet) werkt

Het FDF-project doet de visserij in eigen beheer, er zijn ook geen controleurs bij betrokken en de beelden van de lopende band die voor het onderzoek gebruikt worden zijn van de visserij. Het gaat niet om controle, maar om lerende computersystemen die vis herkennen.

Daarnaast kunnen we met FDF nu al onderbouwd aangeven dat het werken met camera’s aan boord (boven de lopende band) ingewikkeld is, hoe storingsgevoelig de apparatuur nog is, hoe enorm groot de data bestanden van de beelden zijn en hoe arbeidsintensief de analyse is.

Feitelijk toont FDF aan wat het probleem is met camera's: namelijk het lost niks op en brengt veel extra werk en kosten met zich mee. Het FDF-project levert net als alle andere aanlandplicht projecten van VisNed informatie op die wetenschappelijk vastgesteld is. Daardoor kan de discussie met overheden op basis van onafhankelijke feiten gevoerd worden.

Aanleiding voor discussie

Dat zo’n opportunistisch besluit over controle met camera's van het Europees Parlement daar tussendoor fietst zet druk op het project, maar met de FDF uitkomsten kunnen we aan de onderhandelaars die het komende jaar over controle gaan praten aantonen dat deze aanlandplicht niet te controleren is en daarom vervangen moet worden door een andere regeling.